'Nederlands is best prettig, onze politici moeten het ook eens wat vaker spreken' - De Standaard

Gepubliceerd op 29 mei 2023 om 14:16

"Niet alleen scholieren, ook de Vlaamse politiek mist leesvaardigheid, stelt Marc Reynebeau. Taalrijkdom schept intellectuele en culturele rijkdom. En pret."

Dat het slecht gesteld is met de lees- en spreekvaardigheid van jongeren, is uiteraard geen verrassing meer. Een teleurstelling is dat natuurlijk wel. Want wanneer jongeren, of personen in het algemeen, het moeilijk hebben met taal door één of andere factor waar ze zelf niet voor gekozen hebben (denk maar aan bepaalde ontwikkelingsstoornissen, dyslexie, anderstaligheid, etc.), dan heb ik daar ook alle begrip voor. Maar het probleem ligt veel te vaak niet bij dat soort zaken. Het ligt bij motivatie en interesse. En daar valt wel iets aan te doen.

Het is in eerste instantie aan een leerkracht taal om ook het plezier ervan over te brengen aan zijn of haar leerlingen. Wat uiteraard niet even makkelijk is, zeker niet wanneer die interesse thuis ook totaal niet gestimuleerd wordt.

 

“De promotie van het Nederlands in het Vlaamse onderwijs is nochtans een dominant thema in de politiek. Maar het perspectief daarvan is doorgaans uitdrukkelijk defensief, als verweer ­tegen de talen die kinderen uit anderstalige gezinnen naar de speelplaats zouden meebrengen, of tegen de kennelijk onstuitbare opgang van het Engels in het academische onderwijs.”

Het is inderdaad de laatste tijd een populair thema in media en politiek, maar om de verkeerde reden. In mijn omgeving hoor ik af en toe opmerkingen zoals “We wonen in België en hier wordt Nederlands gesproken” of “Door al die Engelse invloeden online en op televisie kunnen kinderen geen Nederlands meer”. Beide stellingen zijn naar mijn gevoel radicaal fout. Ten eerste is het niet omdat Nederlands onze officiële taal is, dat er geen plaats is voor diversiteit. We wonen nu eenmaal in een multiculturele samenleving, en daar is taal een groot onderdeel van. Waarmee ik natuurlijk niet wil zeggen dat kinderen geen Nederlands hoeven te spreken, in tegendeel. Maar er zijn momenten wanneer dat absoluut moet, en momenten wanneer dat niet noodzakelijk is. Wanneer bijvoorbeeld een kind met een anderstalige achtergrond zich slecht voelt en zich daarom moeilijker kan uitdrukken in het Nederlands, vind ik dat niet meer dan normaal. Mijn Frans is ook prima, maar vraag me niet om grammaticaal correcte conversaties te houden met een Franstalig iemand wanneer ik overstuur ben.

Bovendien is taal ook iets waarmee je een bepaalde persoonlijkheid kan uitdrukken. Zo zitten er nu eenmaal heel veel Engelse invloeden in jongerentaal, net zoals er vaak veel Franse invloeden zitten in dat van de oudere generaties (lees: ouder dan vijfenzestig). En het is niet omdat we tegenwoordig veel meer Engelse invloeden meekrijgen, dat we daarom slechter worden in Nederlands. Het zou juist een uitbreiding moeten zijn op onze kennis. De Nederlandse taal zou dus geen bestrijdingsmiddel moeten zijn tegen alle andere talen in ons land, maar een basiskennis waar men op kan uitbreiden. Of natuurlijk juist een uitbreiding voor zij die anderstalig zijn.

 

Daarnaast vond ik het ook wel redelijk frappant dat er juist nu een artikel verschijnt met deze titel. Wanneer er diezelfde week nog een artikel in hetzelfde magazine stond met als titel: Weyts roept op tot ‘front om niveau Nederlands te verhogen’”. Een beetje ironisch toch wanneer je dan een week later kan aantonen dat de interesses van de regering helemaal ergens anders liggen. Maar dat natuurlijk niets nieuws.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.